9 juli 2021

Tijdens het jongste EK voetbal is het er niet van gekomen, dus moeten we voor de recentste Derby der Lage Landen terug naar 2018. Toen hielden Nederland en België elkaar mooi in balans: 1-1. Daar kan itemedical zich perfect in vinden. Want als bruggenbouwer kijken we graag naar wat ons verbindt in plaats van de confrontatie op te zoeken. In dit artikel gaat Nele Wuytens op zoek naar de overeenkomsten – of perspectieven van waaruit we elkaar versterken – in de Nederlandse en Belgische gezondheidszorg.

De warming-up

Staan Belgen of Nederlanders initieel open voor nieuwe technieken en digitalisering? Organisatiesocioloog Geert Hofstede vergeleek in een studie het culturele profiel van de beide Lage Landen. Uit zijn model vloeit voort dat er heel wat gelijkenissen zijn. Maar het onderzoek leert ons ook dat het voornaamste verschil tussen Nederland en België zich situeert op het vlak van ‘onzekerheidsvermijding’: een Belg voelt zich (veel) sneller bedreigd in een onzekere situatie, waardoor hij dergelijke onvoorspelbare situaties en risico’s liefst vermijdt. Die opvatting zorgt ervoor dat Nederlanders – algemeen gesproken – sneller digitale technieken adopteren en eerder bereid zijn om met een nieuw product of een alternatieve leverancier in zee te gaan.

Een factor die deze evolutie versterkt, is de budgettaire context. Hoewel België een relatief hoog aandeel van zijn bruto binnenlands product (bbp) aan gezondheidszorg besteedt (10,3% in 2017 vs. een EU-gemiddelde van 9,8 %), geldt sinds 2013 een verlaging van het plafond voor de groei van de overheidsuitgaven. Nederland beschikt de laatste jaren over iets meer investeringsmogelijkheden dan België op het vlak van gezondheidszorg.

De tactische visie

Hoever staan beide landen op het vlak van gegevensbeheer? België heeft de voorbije jaren heel wat maatregelen getroffen om de digitale transformatie van het zorgstelsel te versnellen***. De focus ligt met name op het gebruik van elektronische medische dossiers en de ontwikkeling van elektronische recepten. Het gezondheidsplan voor 2019-2021 trekt die digitale transformatie verder door: ze breidt het palet uit van digitale middelen waarover gezondheidswerkers en patiënten beschikken.

In Nederland valt er qua gegevensbeheer nog veel vooruitgang te boeken. Er bestaat nog geen gestandaardiseerd elektronisch patiëntendossier, en er is nog progressiemarge om de e-gezondheidsoplossingen uit te breiden. De regering ziet dat onder ogen en heeft – middels een brede sectorale overeenkomst – de uitwisseling van gegevens en e-gezondheid op de agenda gezet.

*** Bron: State of Health in the EU 2019

Het aanvalspatroon

Hoe verloopt het beslissingsproces voor projecten in België en Nederland? Zoals eerder aangegeven, bannen Belgen graag onzekerheid. Dat impliceert dat Belgische zorgorganisaties zich in het algemeen uitgebreid informeren en een voorkeur hebben voor bewezen kwaliteit, maar zeker ook dat het wederzijds vertrouwen binnen een persoonlijke relatie belangrijk is. Het gevolg is dat het een tikkeltje langer duurt voordat een project wordt goedgekeurd.

Een bijkomend aspect van het beslissingsproces is de manier van aanbesteden. In België ligt de drempel om aan te besteden qua projectwaarde lager: voor projecten boven de € 85.000,- tot € 209.000,- is een nationale aanbesteding verplicht. In Nederland geldt er geen specifiek nationaal regelgevend kader: pas voor bedragen boven de € 209.000,- treedt de Europese wetgeving inzake aanbesteding in werking. Bovendien geldt deze verplichting enkel voor de academische ziekenhuizen.

Het doelpunt

Hebben Nederlanders en Belgen een voorkeur voor andere oplossingen of toepassingen? Puur qua softwarekeuze ontlopen Belgische en Nederlandse ziekenhuizen elkaar amper. Het pushen van oplossingen zou ook zinloos zijn: keuzes worden gemaakt op basis van betrouwbare referentieprojecten.   

De werkvloer is wel fundamenteel anders georganiseerd in beide landen. In België zijn er aanzienlijk minder verpleegkundigen aan het bed dan bij de noorderburen. De technologische impact van die verschillende personeelsbezetting is tweeledig. Enerzijds kampen Belgische verpleegkundigen met registratielast. Anderzijds wint integratie aan belang, zodat de handmatige invoer tot een minimum wordt beperkt.

Het scorebord

Een billijk gelijkspel. De Nederlandse en Belgische gezondheidszorg kennen veel gelijkenissen. Natuurlijk zijn er ook verschilpunten, terug te leiden tot de cultuur of het beleidskader waarin zorgorganisaties actief zijn. Beide systemen zijn anders, maar daarom niet beter of slechter: wat ons betreft eindigt deze boeiende derby dus onbeslist.

Delen:

Maak kennis met onze oplossingen

Omarmd in beide Lage Landen